maandag 9 december 2013

Verslag werkweek

Dag 1: Nadat ik heel vroeg wakker was geworden kwam ik aan op het schoolplein. Ik was half wakker en we vetrokken richting England. Voor mij zou het de eerste keer worden dat ik het Verenigd Koninkrijk zou bezoeken. De reis ging best snel en het was ook gezellig in de bus. Uiteindelijk kwamen bij de trein uit. Daar konden we even uit de bus om de benen te strekken en wat te eten. Na deze pauze ging onze reis verder. Per trein werd onze bus onder het kanaal door vervoerd. Na deze reis kwamen we dan eindelijk aan in Engeland. We maakten een tussenstop bij het stadje Canteburry. Na een lange reis kwamen we dan eindelijk bij onze eindbestemming aan. Op een parkeerplaats wachtten we op onze gastgezinnen. Uiteindelijk werden we opgehaald door ene mevrouw Esta. Ze dumpte ons bij een ander gastgezin. Daar aten we. Uiteindelijk werden we opgehaald en kwamen na dertig minuten aan bij onze gastgezin.

Dag 2: De eerste nacht hadden we overleeft. We moesten vroeg op en gingen meteen het ontbijt eten met melk van een week over datum. Daarna stapte we meteen in de auto. We moesten driekwartier rijden voordat we bij de parkeerplaats waren. Als eerst stond op het programma een wandeling te maken door Londen samen met het door jezelf samengestelde groepje. Na onze wandeling deelde de groep zich op en vertrokken ik naar de National Gallary. Later op de dag kwamen we weer in ons gastgezin terecht.

Dag 3: Na weer een gezellige nacht bij ons gastgezin vertrokken we vroeg in de morgen naar het Natural History Museum. In het museum waren enorm veel aardrijkskundige verschijnselen te zien. Na ons bezoek aan het museum vertrokken we naar The Globe. We kregen een rondleiding en deden daarna een workshop toneelspelen. Ook dit was wederom erg interessant. In de avond mochten we voor een groot bedrag uit eten. Ik had me helemaal vol gegeten, want het eten in het gastgezin was matig. Daarna gingen we naar The Phantom of the Opera. Na de show werden we opgehaald door onze gastgezinnen.


Dag 4: De laatste dag in Londen was niet echt bijzonder. In de ochtend gingen we onze tas inpakken en nauwelijks ontbijten, omdat het ontbijt zeer slecht was. Bij de eerste stop ging ik in McDonalds ontbijten. Daarna vertrokken we in de bus richting Dover waar de boot ons het kanaal over zou brengen. Eenmaal aangekomen in Frankrijk stond ons nog een lange busreis te wachten. In de laatste stop gingen we ons avondeten eten. Daarna kwamen we aan in Weesp en gingen zo naar huis.

Vertaling van het liedje: Streets of Baltimore – Gram Parsons

Streets of Baltimore – Gram Parsons

Well I sold the farm to take my woman where she longed to be
We left our kin and all our friends back there in Tennessee
Then I bought those one-way tickets she had often begged me for
And they took us to the streets of Baltimore
                    
Well her heart was filled with gladness when she saw those city lights
She said the prettiest place on earth was Baltimore at night
Well a man feels proud to give his woman what she’s longing for
And I kinda liked the streets of Baltimore

Then I got myself a factory job, I ran an old machine
And I bought a little cottage in a neighborhood serene
Then every night when I’d come home with every muscle sore
She’d drag me through the streets of Baltimore

Well I did my best to bring her back to what she used to be
Then I soon learned she loved those bright lights more than she loved me
Now I’m a going back on that same train that brought me here before
While my baby walks the streets of Baltimore
While my baby walks the streets of Baltimore

Straten van Baltimore – Gram Parsons

Nou ik verkocht de boerderij om mijn vrouw mee te nemen naar waar hoort te zijn
We lieten onze familie en onze vrienden achter in Tennessee
Dan kocht ik een enkele reis waar ze me voor vaak voor had gesmeekt
En ze namen ons mee naar de straten van Baltimore

Haar hart vervuld was met blijdschap toen ze de lichten van de stad zag
Ze zei dat Baltimore ’s nachts de mooiste plek op aarde was
Een man voelt zich trots om zijn vrouw te geven naar wat ze verlangt
En ik vond een beetje de straten van Baltimore

Toen kreeg ik het voor elkaar om een fabriek baan te krijgen. Ik bestuurde een oude machine
En toen kocht ik een huisje in een rustige wijk
Dan elke nacht kom ik thuis met alle spieren die pijn doen
Ze droeg me door de straten van Baltimore

Ik heb mijn best gedaan om haar terug hoe ze vroeger leefde
Dan leerde ik snel dat ze meer hield van slimme geesten dan ze van mij hield
Nu ben ik terug op had dezelfde trein die me eerder in deze situatie bracht
Terwijl mijn baby door de straten van Baltimore loopt
Terwijl mijn baby door de straten van Baltimore loopt



zondag 8 december 2013

Recensie van Villa des Roses van Willem Elsschot

Recensie: Villa des Roses, Willem Elsschot.
Doelgroep: Studenten op universiteit die Nederlands studeren.

Villa des Roses vind ik een interessant en realistisch boek om te lezen. Alhoewel het geschreven is in 1913 is het  goed leesbaar boek dat over leugens en bedrog gaat.

Villa des Roses is de eerste roman van de Vlaamse schrijver Willem Elsschot. Het verhaal speelt zich af in Parijs. Het pension bevindt zich in de Rue d’Amaillé. Ik vind dat het niet echt aan de sfeer te merken is dat het verhaal zich in Parijs afspeelt, omdat het verhaal niet veel te doen heeft met Parijs. Het speelt zich namelijk vooral in het pension af. Het pension had net zo goed in een ander deel van Frankrijk had kunnen staan. Het is wel duidelijk dat het in Frankrijk afspeelt, omdat er soms in het boek nog wel Franse zinnen gebruiken, zoals: “Il n’y a pas de danger”(pagina 48).

Ik vind dat Willem Elschot een schrijver is die in een heldere, realistisch en zakelijke stijl schrijft. Hij schrijft in gewone woorden over het dagelijks leven van gewone mensen. Hij schrijft met veel humor en ironie. Soms lijkt het meer cynisch te worden. Een voorbeeld van de het realisme dat hij gebruikt: “En zoals de straat, zo was ook het huis, dat slechts één enkele verdieping had, terwijl de buurt heinde en verre volgebouwd was met huizen van vijf en zes verdiepingen, welke aan weerszijden torenhoog boven de ‘Villa’ uitstaken.” (pagina 7)

Het boek komt  uit 1913, maar gelukkig was het boek was goed te lezen. Willem Elsschot houdt ervan houdt om lange zinnen te gebruiken. Willem Elsschot is gewend om veel komma’s in een zin te gebruiken.  Het liefst lees ik boeken die kortere zinnen hebben, omdat ik dat overzichtelijker vindt. Moderne boeken zijn vaak beter te begrijpen, omdat het de zinnen vaak korter zijn en het taalgebruik beters aansluit op mijn belevingswereld.

Het belangrijkste thema van het verhaal is bedrog. Personages in en rond het pension worden bedrogen of bedriegen anderen. Willem Elsschot bedriegt ook zijn lezers. Hij zet de lezers op verschillende momenten op het verkeerde been. De lezers denkt net zoals de gasten dat Villa des Roses een pension is, dat een prachtige rozentuin zal bezitten en sjiek zal zijn. Door de mooie naam en de aanduiding villa, wordt de lezer voor de gek gehouden. Hij komt echter bedrogen uit, want de rozen zijn allang verdord. Madame Brulot, de beheerder van het pension, bedriegt haar gasten  op alle mogelijke manieren. Madame Brulot rekent voor elke gast een andere prijs. Bij het jaarlijkse feest van madame Dumoulin heeft ze stiekem een afspraak met Colbert om zoveel mogelijk flessen champagne te kunnen verkopen.

Villa des Roses is een boek dat door alle studenten Nederlands gelezen moet worden om een goed beeld te krijgen van de schrijver Willem Elsschot. 

Nederlands literatuurgeschiedenis: Gouden Eeuw.

Nederlands literatuurgeschiedenis

Joost van den Vondel, de prins der dichters

1
Noem ten minste twee redenen waarom Vondel al in zijn eigen tijd te boek stond als ‘de grootste schrijver’.
De twee redenen waarom  Joost van den Vondel  de grootste schrijver genoemd werd, was ten eerste schreef hij veel over politieke en godsdienstige onderwerpen voor. Dit was in zijn tijd nieuw en dus populair. Ook beoefende hij bijna alle literaire genres die Nederland tijdens de renaissance beoefende.

2
Leg uit hoe het kon dat een beroemd auteur als Vondel geldproblemen had, terwijl hedendaagse beroemde auteurs gemakkelijk van hun pen kunnen leven.
Vroeger werd alles mondeling verspreid, omdat er toen nog geen uitgeverijen waren. Veel mensen konden ook niet lezen en schrijven, vooral de rijkere. Daardoor werden vooral boeken door rijkere mensen gekocht. Dus teksten werden niet zo vaak verkocht en dus zou de schrijver niet zoveel ermee verdienen. Als je nu een tekst zou schrijven heb je veel meer voordelen. Je zou de teksten kunnen promoten doormiddel van media. . Nu is de vraag ook groter naar boeken, omdat er nu veel meer mensen in Nederlands wonen die kunnen lezen.  

3
Zoek zelf achtergrondinformatie bij het gedicht Het stockske.
a. Welke gebeurtenis wordt hier door Vondel beschreven?
De onthoofding van Johan van Oldenbarnevelt, die volgens Joost van den Vondel onschuldig was.
b. In het gedicht wordt het stokje aangesproken alsof het een persoon is: waarom gebruikt Vondel deze techniek?
Vondel gebruikte personages en metaforen om op die manier personen en gebeurtenissen uit de werkelijkheid uit te kunnen drukken.
c. Welke boodschap wilde hij met het gedicht geven?
Hij liet duidelijk zien dat hij niet eens was met de beslissing die was genomen tot executie van  Johan van Oldenbarnevelt. Hij wilde ook laten zien dat Maurits degene was die fout zat.
d. Kun je het stokje tegenwoordig nog ergens bekijken?
Je kan tegenwoordig het stokje in het Rijksmuseum van Amsterdam bekijken.

Lachen is gezond

1.
In de zeventiende eeuw meende men dat de lach een heilzame werking had. Waarom dacht men dit?
Vroeger dacht men dat lachen je lichaam in evenwicht bracht. Lachen verdreef de depressies en het hielp je de tegenslagen van het leven mee te laten vallen.

2.        
a. Wat was het gevolg van de strengere censuur voor de literaire humor in de Zuidelijke Nederlanden?
De grappen werden levenslessen in de vorm van grappen over verkeerd gedrag. Ze maakten dan grappen over vrouwen die voor het huwelijk ontmaagd werden. Hiermee wilden ze laten zien dat ze pas seks mogen hebben na het huwelijk.
b. Hoe werkte de grotere vrijheid in de Noordelijke Nederlanden in de literaire humor door?
Er was veel meer humor waarin werd gesproken over seks, maar niet in een afkeurende manier maar juist op een prijzende manier.

3.        
Lees de tekstpagina over Bredero’s Moortje en Huygens’ Trijntje Cornelisdr.
a. Welke humoristische technieken gebruiken deze auteurs?
Bredero schreef komedies met liefdesverhalen waarin een ingewikkeld plot zat. Huygens schreef met veel humor. Ook kwamen er veel ernstige zaken aan bod. Soms zitten er levenslessen in en het taalgebruik was scherpzinnig.
b. Welke overeenkomsten zie je? En welke verschillen?
Bredero’s stijl lijkt meer op die van de Noordelijke Nederlanden, omdat hij veel vrijer schreef. De stijl       van Huygens lijkt meer op die van de Zuidelijke Nederlanden, omdat daar een levensles erin. Een overeenkomst is dat beide verhalen over seks gaan.

Liefde in woord en beeld

1
Waarom staan emblemen bekend als een activerende vorm van literatuur?
Omdat de lezer van een embleem de drie elementen moet combineren en zelf moet nadenken om de bedoeling van dit embleem te doorgronden. Dat zet je aan om actief met de literatuur om te gaan.

2
 Lees de themapagina ‘Met veer en kwast – over dubbeltalenten’. Klik op de ‘Duytsche lier’ van Jan Luyken, ga vervolgens naar de ‘Derde verdeeling’ en bekijk de eerste pagina tot en met het eerste gedicht.
a. Welke les denk je dat Luyken zijn lezer(es) wilde meegeven?
Dat liefde moeilijk is voor iedereen, zowel vrouwen als mannen.
b. Leg je antwoord uit aan de hand van het getoonde embleem.
Cupido is daar afgebeeld op de getoonde embleem. Zoals in het gedicht verteld wordt is Cupido listig. Op het embleem is hij afgebeeld bij een groot vuur. Misschien heeft hij toch iets kwaads in hem.

3
Lees de schrijverspagina ‘Jacob Cats en Adriaen Poirters – twee geloven, één doel’. Hier zie je een van de emblemen uit Poirters’ bundel Het masker van de wereld afgetrokken.
a. Beschrijf wat er op de pictura gebeurt en wat de teksten betekenen.
Een grote aap kijkt naar een kleine aap. De kleine aap is waarschijnlijk zijn kindje. Het gaat over hoe ouders hun eigenschappen overdragen op hun kinderen.
b. Welke boodschap wil Poirters met dit embleem geven?
Poirters wil de boodschap geven dat liefde blind maakt. Als je echt wilt weten hoe je geliefde eruitziet, dan moet je naar zijn ouders kijken.


Rederijkersliteratuur

1.
Voor de rederijkers in Noord en Zuid was de Nederlandse taal een uitdaging. Noem twee voorbeelden die op deze pagina genoemd worden waaruit dat blijkt.
Rederijkers besteedden veel aandacht aan de vormgeving van hun teksten. Ze hadden er tal van uitdagende regels voor. Het ging erom wie binnen de gestelde grenzen de mogelijkheden van de taal het ‘kunstigst’ wist te gebruiken om zijn boodschap over te dragen.

2.
Waarom besteedden de rederijkers in hun werk zoveel aandacht aan het samenspel van inhoud en vorm?
Omdat de rederijkers een uitdaging zochten, zij wilde zoveel mogelijk verschillende vormen van dichten verzinnen en uitvoeren.

3 Lees de themapagina’s ‘Leven en sterven voor het geloof’ en ‘De geschiedenis in een notendop’.
a. Bedenk twee thema’s voor een zeventiende-eeuws landjuweel.
1.       Een oorlogsoverwinning
2.       Lof aan de koning
b. Aan welke eisen voor de vormgeving moeten de inzendingen voldoen?
De schrijver moet zijn boodschap zo mooi mogelijk over weten te brengen.
c. Welke thema’s kunnen tegenwoordig centraal staan bij een dergelijke wedstrijd, bijvoorbeeld een poetry slam? Motiveer je antwoord.
Het thema milieu, omdat het op dit moment actueel is in de maatschappij.

Aardse paradijzen

1.
De zeventiende-eeuwse hofdichten zijn een teken van de rijkdom en welvaart in de Noord-Nederlandse Republiek. Waarom is dit zo?
De zeventiende-eeuwse hofdichten gaan over grote gebouwen. Hierover wil de eigenaar graag  opscheppen. Daarom kwamen verscheidene dichters naar deze gebieden. Om te laten zien dat ze rijk waren lieten ze dichters gedichten en liederen over te schrijven.
  
2.
Welke rol speelt de natuur in deze gedichten?
De natuur had een grote rol in de gedichten. Groei en bloei van planten en het gedrag van dieren sporen aan tot nadenken. De dichters gebruiken de omgeving als beschrijving van het huis.

3.
Ga naar de website van Huygensmuseum Hofwijck (www.hofwijck.nl).
a. Zoek meer informatie over de huidige situatie van Huygens’ buitenhuis en de tuin (maximaal 150 woorden).
Tegenwoordig wordt het buitenhuis gebruikt als museum. Hierbij zijn verschillende rondleidingen. Studenten kunnen hier terecht voor de geschiedenis van dit huis. Ook worden er dichtwedstrijden gehouden. Dit jaar wordt ook weer de dichtwedstrijd Dichter op Hofwijck gehouden. Dichter op Hofwijck is een dichtwedstrijd voor iedereen die van dichten houdt. Jong, oud, professional of enthousiast amateur, laat u inspireren door het thema ‘verwondering’ of door vader en zoon Huygens. Er zijn nog veel meer activiteiten te doen. Het huis wordt op dit moment nuttig gebruikt.
b. Zoek via internet op wat er geworden is van de buitens Ockenburg en Sorghvliet.
De Sorghvliet bestaat nog steeds. De Sorghvliet is nu de woning van de Premier. Ockenburg bestaat ook nog steeds. Het is nu een landgoed.

c. Wat is je conclusie als je de gegevens vergelijkt?
Mijn conclusie is dat woningen en tuinen van vroeger waar belangrijke mensen in hebben gewoond vaak nog steeds bestaan, maar dan in de vorm van musea of monumenten.

Gouden tijden

1.
a. Waar hadden de zeventiende-eeuwers het begrip ‘Gouden Eeuw’ vandaan?
Van een tekst uit de Latijnse literatuur.
b. Welke twee betekenissen kent het begrip ‘Gouden Eeuw’?
De Gouden Eeuw heeft twee betekenissen. De eerste betekenis is een eeuw van welvaart. De tweede betekenis is dat in de Gouden Eeuw de cultuur van Nederland glansde en schitterde. Het is een eeuw van bloei in de kunst.
c.            Noem twee redenen waarom deze eeuw als de ‘Gouden’ eeuw wordt aangeduid.
Een reden waarom deze eeuw is de Gouden Eeuw wordt genoemd is dat de republiek der verenigde Nederlanden in de 17e eeuw beschikte over enorme materiële rijkdommen. Een andere reden is dat deze eeuw glansde door alle kunstenaars, zoals Rembrandt.

2.
Noem minimaal vijf redenen waardoor de zeventiende-eeuwse Noord-Nederlandse Republiek zo welvarend kon worden.
De zeventiende-eeuwse Noord-Nederlandse Republiek kon zo welvarend worden door:
-          De ligging aan waterroutes.
-          Wereldwijde handelscontacten.
-          Een goede scheepsbouw.
-          De combinatie van veel vruchtbaar platteland en geïndustrialiseerde steden.
-          Andere Europese staten waren zeer zwak.

3.
Lees het gedicht van Jacob Cats op deze pagina (‘Zo wie maar eens betreedt de ring van onze kusten’) nog eens goed. Welke rol spelen de vier elementen voor de Noord-Nederlandse Republiek in dit gedicht? Geef in je antwoord voorbeelden uit Cats’ tekst.
- Water: zorgt voor alles wat groeit.
- Aarde: hierin groeien alle gewassen.
- Lucht: als de adem en zuurstof.

- Vuur: Als de zon, die zorgt dat de gewassen groeien.


maandag 11 november 2013

Nabeschouwing van Londen



Ik vond dat Londen leuk was. Het was wel jammer dat het zo’n grote groep mensen waren. Het is soms ook leuker om met een klein groepje mensen te zijn. Mijn verwachtingen klopten wel ongeveer. Het scheelde ook wel dat ik al is een keer in Londen was geweest. Het voordeel daarvan is wel dat je anders naar een stad kijkt. Het was ook jammer dat we best lang naar museums moesten. Het gastgezin waar ik in zat was ook niet geweldig. De vrouw was wel aardig, maar we moesten iets van 45 minuten heen rijden. Verder vond ik het een hele leuke werkweek!

Verwachting London







Ik heb geen hoge verwachtingen voor Londen, omdat het anders alleen maar tegen kan vallen. Ik zie wel erg naar de werkweek uit. Ik gok dat er niet veel is veranderd sinds de laatste keer dat ik in Londen was geweest. Ik verwacht wel dat het rustiger is in Londen, omdat het de vorige keer heel druk in de stad was. Ik hoop dat ik in een leuk gastgezin kom, want je weet het maar nooit. Ik hoop dat we niet al teveel opdrachten moeten maken Mijn verwachting is dat we er een gezellige werkweek van gaan maken!  



donderdag 10 oktober 2013

Recensie over het boek langs de lijnen van gelijkheid van Louis Couperus

‘Langs de lijnen van gelijkheid’

Voor onze leesclub “Boeken voor vrouwen” heb ik ervoor gekozen om het boek ‘Langs de lijnen van gelijkheid’ te lezen. Het boek is door Louis Couperus geschreven in 1899. Couperus is een vooraanstaand schrijver van die tijd. Ik vond dat het boek lastig was om te lezen, omdat er veel oude woorden in worden gebruikt, maar ook omdat er veel woorden uit het Frans en Italiaans worden gebruikt. Een hotel schreef je vroeger als “Hotêl”. Het taalgebruik is heel erg anders. In het boek werden ook veel beschrijvingen herhaald, waardoor het langdradig werd om te lezen. De moderne boeken zijn beter te begrijpen omdat taalgebruik veel meer aansluit op onze belevingswereld. 

Een belangrijk thema van het boek is de onvrijheid van mensen. Dit thema kun je op verschillende manieren terug zien in het boek. Onvrij betekent dat Cornélie niet kan zijn wie ze wil zijn. Ze wil artistiek zijn, maar ze is uiteindelijk afhankelijk van de prins geworden. Cornélie wil ook onafhankelijk zijn, maar ze voelt zich de vrouw van Brox en trouwt dan toch maar met hem. Hoewel Cornélie niet van hem houdt. In onze tijd is het gemakkelijker om vrij en onafhankelijk te zijn, omdat vrouwen een opleiding kunnen volgen en zelf in hun onderhoud kunnen voorzien. Daardoor kunnen vrouwen nu gemakkelijker eigen keuzes maken.

Het feminisme is ook een belangrijk thema van het boek. Dat blijkt onder anderen uit het feit dat Cornélie heeft geprobeerd om voor zichzelf op te komen door naar Rome te vluchten, omdat haar familie de scheiding niet accepteerde. Uiteindelijk is ze toch naar haar man teruggegaan. In de tijd waar we nu in leven zou ze haar relatie hebben doorgezet met Duco van der Staal. Een scheiding zou nu ook meer geaccepteerd worden dan vroeger.
In Rome houdt Cornélie houdt zich bezig met het schrijven van een feministische brochure ‘De Maatschappelijke Toestand der Gescheiden Vrouw’. Deze stuurt ze in naar het tijdschrift ‘Het Recht der Vrouw’. Haar brochure wordt goed ontvangen en ze krijgt er wat geld voor.

Ik kan mij goed voorstellen het leven van Cornélie zoals beschreven in het boek, in 1899 ook daadwerkelijk zou kunnen gebeuren. Het boek beschrijft de allerlei situaties die volgens mij realistisch zijn, zoals het feit dat Cornélie eerst wordt onderhouden door vader. De vader verliest haar geld op de beurs, waardoor ze zelf in haar levensonderhoud moet voorzien. Eerst trekt ze bij Duco in, maar het gaat steeds slechter. Door haar slechte financiële situatie gaat ze werken als gezelschapsdame bij een steenrijke vrouw.  

Doordat het taalgebruik moeilijk, veel verschillende beschrijvingen zijn en er bijna geen acties gebeuren vind ik het een saai boek. Het is wel interessant om te zien hoe het leven toen was, maar ik ben wel heel blij dat ik nu leef in een wereld waarin vrouwen echt onafhankelijk en zelfstandig kunnen zijn.



Literatuurgeschiedenis

Een pennenproef als begin:

1.
- Wat is een pennenproef?
Een pennenproef is een stukje dat een monnik vroeger schreef, met het eerste wat er in hem opkwam. De monniken schreven vroeger een pennenproef om de pen te testen of hij nog werkt. Daarna werkten ze weer verder aan het overschrijven van teksten. Het stukje is iets wat snel in hen opkwam.

-  In welke periode werd Oudnederlands gesproken?
In de periode ongeveer tussen 800 en 1150 werd Oudnederlands gesproken.

2. Leg op grond van de tekstpagina Lied van Heer Halewijn uit welke eigenschappen van mondeling overgeleverde literatuur daarin naar voren komen.
In de meeste verhalen was het rijmschema AA BB CC enzovoorts. Dit wordt gepaard rijm genoemd. De verhalen waren zo geschreven om ze dan beter klinken en ze dan beter kunnen worden onthouden. In de verhalen werden ook regelmatig stukken herhaald. Daardoor werd het ook gemakkelijker om ze te onthouden.

Ridderliteratuur:

1.
- Wat zijn de voornaamste verschillen tussen Karel- en Arturromans?
 Karelromans zijn hoofdzakelijk gewijd aan oorlog en massagevechten, vaak tussen christenen en moslims, terwijl in de Arthurromans de nadruk ligt op individuele avonturen, toernooien en tweegevechten en de hoofse liefde.

-Welke voorbeeldfunctie hadden ridderromans voor het oorspronkelijke publiek?
 Ze probeerden met deze verhalen mensen te vertellen hoe ze zich moesten gedragen. De verhalen waren vooral bedoeld voor ridders en prinsessen.

2 Leg op grond van de tekstpagina Karel ende Elegast uit welke typische eigenschappen van ridderschap daarin naar voren komen.
De eigenschap moed komt voor in de tekst. Karel gaat het tweegevecht aan met Eggeric. Ook de eigenschap trouw komt erin voor (Eggeric blijft trouw aan Karel, omdat hij aan Karel vertelt welk complot er tegen hem wordt gesmeed).


Hoofsheid:

1. 
- Welke invloed hadden de kruistochten op de hoofse cultuur?
De Franse hoven beginnen een hoofse cultuur te ontwikkelen, doordat ze met de kruistochten onder de indruk waren geraakt door de Arabische cultuur.

- Wat was het belangrijkste principe van de hoofse omgangsvormen?
 Het belangrijkste principe van de hoofse omgangsvormen was de respectvolle gemanierdheid.



2.Lees de tekstpagina over Floris ende Blancefloer. Leg uit in hoeverre de kruistochten van belang zijn geweest voor het schrijven van deze roman.
Kruistochten zijn belangrijk geweest voor het schrijven van de roman omdat er ervaringen van de kruistochten terugkomen in het verhaal. Het verhaal gaat over romantiek maar beschrijft ook allerlei mooie beelden. Bijvoorbeeld de exotische tuinen en het fantastische paleis van de emir van Babylon. Deze hebben de kruisvaarders gezien in de omgeving tijdens de kruistochten.

Boekdrukkunst:

1
- Waarin verschilt een blokboek van de boekdrukkunst?
Blokboek wordt geschreven op een blok hout, en het word steeds erin gekerfd. Daardoor kan je de letters die je maakt niet vaker kan gebruiken. Boekdrukkunst is wordt de inkt op het papier gedrukt. 

- Wat was het eerste gedrukte Nederlandstalige boek?
Twee Delftse drukkers, Jacob Jacobszoon van der Meer en Mauricius Yemantszoon hadden de Delftse Bijbel gedrukt op 10 januari 1477 verscheen de Delftse Bijbel. De bijbel bevatte alleen het Oude Testament.

2 Gedrukte boeken hebben vaak een titelpagina die er mooi uitziet (zie bijvoorbeeld de voorpagina van het Antwerps Liedboek op de literatuurgeschiedenispagina ‘Zingen in de Middeleeuwen’) terwijl bij handschriften de tekst meestal plompverloren begint. Wat is de functie van zo’n titelpagina en waarom hebben drukkers deze ‘uitgevonden’?
Belangstelling en nieuwsgierigheid opwekken bij de gerichte doelgroep. 














Van den vos Reynaerde:

1.
- Waar blijkt in het tekstfragment dat Reinaert een doortrapte schurk is?
Direct aan het begin, waar Reinaert Tibeert door het bespotten van zijn aarzeling zover
krijgt om zichzelf het oordeel aan te doen. Voorts in het vervolg, waar Reinaert Tibeert
in zijn doodsnood bespot.

- Welke twee tegenstrijdige gevoelens maakt Reinaert bij de lezer/luisteraar los?
De ene keer wekt hij bewondering voor zijn slimheid en de andere keer roept hij weer afschuw op door de manier waarop hij andere te grazen neemt.

2. De prent van Fokke ende Sukke bij deze pagina verwijst naar de eerste zin van de Reinaert 'Willem die Madocke maecte'. Leg uit hoe de humor in deze grap in elkaar steekt.
De eerste zin van Reinaert luidt: ‘Willem die Madocke maecte’. Maecte betekend schrijven en Madockee moet dus een tekst zijn. Volgens de prent is Madocke een ingewikkeld apparaat dat door Willem ‘gemaakt’ moet worden. ’Gemaakt’ betekent in dit geval repareren. Zo wordt er een nieuwe betekenis aan gegeven.

 

Rederijkerij:

1.
- Welke rol speelden rederijkers bij officiële gelegenheden in de stad?
Rederijkers hielpen veel bij de organisatie en uitvoering van bijvoorbeeld processies. Ze hielpen bij belangrijke gelegenheden, rederijkers probeerden mensen aan zich te binden door een rol te spelen in de propaganda voor de eigen stad.

- Waarom en hoe probeerden steden rederijkers aan zich te binden?
Stadsbesturen zagen het belang in van rederijkers, De rederijkers konden een rol spelen bij de propaganda voor de eigen stad. De stad wilde haar invloed laten zien en benadrukte de goede verhouding met de vorst door middel van rederijker de politieke boodschap te brengen. Ze deden dan ook hun best om rederijkers aan zich te binden.    

2 Rederijkers waren dol op wedstrijden. De kaart voor zo’n wedstrijd beschreef aan welke eisen de deelnemers moesten voldoen. Schrijf zelf een kaart voor een gedichtenwedstrijd. 

Geachte deelnemers,
Er gaat een geweldige gedichtenwedstrijd plaatsvinden op het stadsplein voor het stadshuis. Op 2 januari zal de gedichtenwedstrijd van start gaan. Het gedicht moet uit minimaal dertig woorden en maximaal tachtig woorden bestaan. Het onderwerp van het gedicht is geld. De winnaar wint een mooi huis aan het water. Tot bij de wedstrijd!

Met vriendelijke groeten,

Dennis Pool (de organisator)

maandag 3 juni 2013

Recensie Kort Amerikaans


Recensie Kort Amerikaans:

Ik heb het boek ”Kort Amerikaans” van Jan Wolkers gelezen. Het verhaal gaat over Eric van Poelgeest, die in de Tweede Wereldoorlog moet onderduiken om niet in Duitsland te hoeven werken. Hij duikt onder in de tekenacademie in Leiden.  Het was een leuk boek, maar op het einde zat er te weinig  spanning in het verhaal. Daarom was het einde een beetje saai en vond ik het uiteindelijk minder leuk.
 
Ik had noch nooit een boek gelezen van Jan Wolkers, dus het leek mij leuk om een boek van hem te lezen. Het viel me op dat de schrijver Jan Wolkers echt van seks houdt. Veel scenes gaan daarin over in het boek.  De hoofdpersoon Eric ontmoet in het verhaal verschillende meisjes, zoals Ans en Elly. Met beiden gaat hij een relatie aan. Met Ans heeft seks en daarna wil ze niets meer met hem te maken hebben.  Ze mag geen seks meer hebben met hem van de pastoor, maar hij denkt dat ze de relatie stopt omdat hij een litteken heeft. Op een gegeven moment zit Eric in een torso van gips. Hij wil geen seks met Elly, maar hij bevredigt wel zichzelf. Dit was wel het meest rare moment van het  boek. 

In het boek gaan veel mensen in de omgeving van Eric dood. De Spin, de NSB-er. pleegt zelfmoord omdat zijn hond niet praat. Zijn broer sterf in een academisch ziekenhuis aan difterie. Eric vermoordt Elly, omdat zij woedend op hem wordt, omdat hij geen seks maar haar wil. Eric voelt zich daardoor heel erg eenzaam en heeft niet veel contact met de wereld buiten. Hij heeft geen idee hoe de mensen over hem denken. Als de Tweede Wereld afgelopen is, loopt hij dan ook rustig naar buiten. Men vindt dat de tekenacademie een fascistische broedplaats en drie mannen in een blauw overall met groene helmen schieten hem dood.

Ik vind dat Jan Wolkers de manier van denken van de hoofdpersoon goed heeft uitgewerkt. Aan de denkbeelden van Eric merk je dat hij zich heel eenzaam voelt, ondanks het feit dat hij met verschillende mensen contact heeft.     

De titel van het boek was voor mij een hele tijd onduidelijk. Pas op het einde kwam ik erachter dat “Kort Amerikaans” betekent dat hij de hele Tweede Wereldoorlog wacht om bevrijdt te worden door de Amerikanen. Uiteindelijk kan hij maar kort genieten van zijn vrijheid, omdat hij bijna onmiddellijk wordt doodgeschoten.  

 

 

 

 

 

 

zaterdag 9 maart 2013

Weblogopdracht periode 3

Zoeken naar Eileen, Leon de Winter 

  
1.      Waarom heb ik dit boek gekozen?

Ik heb het boek Zoeken naar Eileen van Leon de Winter gekozen, omdat het thuis in de boekenkast stond en op de lijst van te lezen boeken stond. Het gaat over het verleden van Noord-Ierland en het leek me leuk om daar meer van over te weten. Het verhaal is als een detective geschreven en dat vind ik leuke boeken om te lezen.

2.      Waar gaat het boek over?  

Het boek gaat over Eileen (Noord-Ierse katholieke) die zwanger raakt van haar protestantse vriend Kevin. In die tijd was dat streng verboden. Kevin verdwijnt nadat hij het nieuws heeft gehoord. Haar werkgever Marc Nolan probeert Eileen voor zich te winnen. Ze gaat met hem naar bed. Eileen laat Marc weten dat ze zwanger is van hem en ze trouwen. Eileen bevalt van een dochter (van Kevin). Eileen wil graag haar dochtertje aan Kevin laten zien. Ze vertrekt met baby naar Londen en ontdekt dat Kevin dood is. Ze gaat in een boekenwinkel naar binnen. Eileen vraagt om het boek van Tristan en Isolde, waar Kevin het een aantal keer over heeft gehad. Uiteindelijk verdwijnt Eileen spoorloos.


3.      Wat is het thema van het boek?

Het thema van het boek is onmogelijke liefde. Citaten:

Bladzijde 76. “Eileen, die opschoof zodat haar moeder naast haar op het bed kon zitten, begreep dadelijk wat haar moeder wilde bespreken en zij nam zich voor alles te ontkennen en glashard te beweren dat het niet waar was, dat hij een vriend was zoals Ann en vriendin.  Van wie had haar moeder het gehoord? Iemand moest hem in S. samen hebben gezien.”  Eileen moet tegen haar moeder liegen, want het mag niet bekend worden dat ze verliefd is op een protestantse jongen. Het is naar voor Eileen om te moeten liegen over haar grote liefde, alleen omdat hij niet hetzelfde geloof heeft als Eileen en haar moeder. De liefde voor een protestantse jongen is onmogelijk, dat geldt eigenlijk ook voor het liegen tegen de moeder.

Bladzijde 168. “ Marc vroeg haar of ze vrijdagavond  met hem ging eten. Ze vertelde het  Kevin, die niet begreep waarom ze zo aandrong en er zo veel belang aan hechtte, dat Marc in zijn illusie bleef geloven. Maar ze hield vast, overreedde Kevin en ging  ’s avonds met Marc uit.” Eileen moet met iemand trouwen  en daarom probeert ze met twee jongens gelijktijdig te houden. Dat is een onmogelijke situatie om in te verkeren. Maar ze moet, want ze moet met iemand trouwen omdat ze in verwachting is.

 

4.      Karakterbeschrijving belangrijkste personage

Eileen is het belangrijkste personage uit het boek. Haar karakter kan als volgt worden beschreven. Eileen is een meisje van 17 jaar. Ze is katholiek, vriendelijk en vaak bescheiden. In het begin laat ze over haar heen lopen. Haar probleem is dat ze zwanger raakt is van een protestantse jongen, terwijl ze zelf katholiek is. Dit was in de tijd in Ierland een schande en verboden. In de loop van het boek wordt ze voorzichtiger en volwassener.

Ik sta niet hetzelfde in het leven als Eileen, want ik kom wel voor mezelf op en zal ervoor zorgen dat ik niet in zulke problemen komen als Eileen.  Eileen wilde ontmaagd worden in Dublin, zonder de consequenties goed te overzien en voorzorgsmaatregelen te treffen.

Als ik in dezelfde situatie zou terecht komen, zou ik wel hetzelfde als Eileen kunnen reageren. Want Eileen probeert zichzelf te redden uit een onmogelijke situatie. Ook ik zou alles aangrijpen, om goed verder te kunnen leven. In het boek staat beschreven dat ze precies bedenkt wanneer ze met Marc naar bed gaat en wanneer ze hem gaat vertellen dat hij de vader van de baby is. Ze denkt goed na over hoe ze zich uit deze moeilijke situatie gaat redden.

Ik zou wel vrienden met haar willen worden, omdat ze altijd aardig probeert te zijn en probeert voor iedereen te zorgen. Ze zorgt ervoor dat iedereen zich goed voelt, maar kan jammer genoeg niet voor Kevin zorgen

5.      Taalgebruik

Het boek is gemakkelijk te lezen. Het zijn vaak korte en duidelijke zinnen. De beschrijvingen zijn precies en gedetailleerd. Er worden niet heel veel moeilijke woorden gebruikt. Het boek is spannend geschreven door bijvoorbeeld de eerste letter van de plaatsen te noemen.

Een citaat op bladzijde 127 is: naar B., dan maar naar het plaatsje waar Eileen was opgegroeid, bedacht ik, ofschoon ik niets meer met haar te maken had; en ik ging op weg.

Een ander citaat voor het taalgebruik is bladzijde 158. Op het einde van de middag wachtte ze vermoeid op de komst van Marc. Ze had weinig gedaan, haar inspanningen waren volkomen vergeefs geweest. Toen Marc terug was, vroeg ze of hij haar naar huis wilde brengen: ze had hoofdpijn en was misselijk.


6.      Stemming tijdens het lezen

Het begin was moeilijk om erin te komen, maar toen ik eenmaal aan het lezen was in het boek, wilde ik het boek heel graag uitlezen. Het was goed en spannend geschreven, maar soms waren er dingen niet duidelijk. Daarom las ik verder, maar in het boek werden lang niet alle antwoorden gegeven. Soms moest ik tijdens het lezen denken die ik tijdens de engelse les heb gezien. Die film ging ook over de problemen in Noord-Ierland..

7.      Boodschap van het boek

Het lezen van het boek heeft me laten zien dat het in die tijd heel moeilijk was om een relatie te krijgen tussen een katholiek en een protestant. Ik denk dat dit de boodschap van de schrijver is. Ik heb kennis van de geschiedenis van Noord-Ierland opgedaan. In Noord-Ierland was het verschil tussen katholieken en protestanten nog steeds een probleem.  Ik heb er ook van geleerd dat je van tevoren goed moet nadenken over wat je van plan bent en wat de mogelijke consequenties zijn. Ik wil nooit in zo’n situatie terechtkomen, waarin Eileen is terechtgekomen

8.      Vergelijk de boeken

In de eerste periode heb ik een boek Arthur Japin gelezen, een schitterend gebrek. Ook in dit boek ging het over de liefde en het feit dat twee geliefden elkaar niet konden vinden.  In het boek van Arthur Japin bepaalt Lucia ook dat ze met een andere dan haar geliefde gaat trouwen, om de carrière van haar geliefde niet in gevaar te brengen. In dit boek trouwt Eileen ook met een ander om haar eigen leven niet in gevaar te brengen.

De overeenkomst met dit boek en de donkere kamer van Damokles is dat je bij beide boeken heel goed moet nadenken over wat er gebeurt, omdat veel vragen niet worden beantwoord. Beide boeken zorgen ervoor dat je zelf gaat bedenken wat er nog meer kan gebeuren.

9.      Twee vragen:

Hoe zou jij gereageerd hebben in de situatie dat je samen met Kevin bent, zou je vluchten of zou je thuis blijven en voor de baby gaan zorgen?

Vind je dat katholieken en protestanten met elkaar mogen trouwen?

zondag 6 januari 2013

De donkere kamer van Damokles opdrachten


Maak onderstaande opdrachten en zet de antwoorden op je weblog.

1.         Zoek informatie over de schrijver Willem Frederik Hermans.
Zet alle bruikbare en interessante informatie op je weblog, let op de bronvermelding. Minimaal één A4.
    

Willem Frederik Hermans

Levensloop:

portret
Hermans werd geboren in het Diaconessenhuis aan de Overtoom in Amsterdam. Hij groeide op in een Amsterdams onderwijzersgezin. Zijn oudere zus Corry werd hem altijd tot voorbeeld gesteld, vooral door zijn vader, maar Hermans bleef in haar schaduw staan. Zijn vader zei hem dat hij niets kon, dat hij meer op zijn zus zou moeten lijken. Daarom haatte hij haar. Zijn zus zou echter slechts 21 jaar oud worden. Toen de Duitsers in mei 1940 Nederland binnenvielen, pleegden zij en haar neef Piet Blind, met wie ze een geheime relatie had, zelfmoord. Hermans was toen achttien en op dat moment eindigde zijn jeugd. Ook in andere opzichten veranderde zijn leven. De dood van zijn zus markeerde ook een ander punt: de Tweede Wereldoorlog. De oorlogsjaren en de zelfmoord van zijn zus versterkten het beeld dat hij van de wereld had: dat de wereld chaotisch is.

Deze traumatische ervaring en zijn gevoel van achterstelling en miskenning zijn waarschijnlijk van grote invloed geweest op de ontwikkeling van zijn schrijverschap. Het is in ieder geval een veelvuldig terugkerend thema in zijn werk. Verwijzingen naar de zelfmoord van zijn zus komen in twee romans duidelijk voor: in Ik heb altijd gelijk (1951) en in Herinneringen van een Engelbewaarder (1970). Ook in De donkere kamer van Damokles wordt verwezen naar zijn zus, het hoofdpersonage in het boek heeft namelijk een relatie met zijn nicht.
 
Hermans volgde zijn middelbare schoolopleiding aan het Barlaeus Gymnasium te Amsterdam, in dezelfde klas als Reina Prinsen Geerligs. Op aandringen van zijn vader koos hij voor een studie sociale geografie die hij in september 1940 begon aan de Gemeente Universiteit, maar in 1941 stapte hij over op fysische geografie. Op 9 april 1943 haalde hij zijn kandidaatsexamen. Hermans weigerde de loyaliteitsverklaring te tekenen en moest zijn studie daarom staken.
 
Hij ging na het gymnasium fysische geografie studeren aan de universiteit van Amsterdam; promoveerde in 1955 cum laude, was van 1958-1973 lector in Groningen.

Hij verliet in 1973 enigszins verbitterd Nederland en vestigde zich als schrijver in Parijs. Schreef behalve romans en verhalen ook gedichten, toneelstukken en essays; vertaalde o.m. werk van Wittgenstein; was redacteur van Criterium (1946-1948) en van Podium (1950 en 1963-1964). Weigerde in 1972 de P.C. Hooftprijs; accepteerde in 1977 de Prijs der Nederlandse Letteren. Hermans publiceerde kort na de Tweede Wereldoorlog poëzie (Horror coeli, 1946) en verhalen (Moedwil en misverstand, 1948), werk waaruit aandacht voor irrationele aspecten en voor de nachtzijde van het bestaan blijkt. De roman De tranen der acacia's (1949) beschrijft de identiteitscrisis van een tijdens de Tweede Wereldoorlog opgroeiende jongeman: noch in het politieke (verzet en verraad), noch in het psychologische vlak (vader-, moeder-, zusterfiguren) slaagt deze erin een weg te vinden in de ondoorzichtigheid van de werkelijkheid. De roman schokte het publiek door zijn cynisme, maar de hoofdpersoon Arthur Muttah was voor velen de personificatie van een na-oorlogs levensgevoel. Ook in de roman Ik heb altijd gelijk (1952) is een verbinding tussen een politiek (de situatie in Nederland kort na de politionele acties in Indonesië) en een psychologisch plan (vooral de zusterfiguur) nagestreefd. Het thema is dat van het gefnuikte genie en de zinloosheid van diens woede: wie gelijk heeft, heeft nog niets. Anti-katholieke uitspraken van de hoofdpersoon leverden de auteur een gerechtelijke vervolging op; er volgde echter vrijspraak.

Het persoonlijke leven van Hermans ging intussen niet over rozen. De reis naar Zuid-Afrika die hij in 1982 op uitnodiging van zijn uitgever aldaar, Human en Rousseau, ondernam, kwam hem in Nederland te staan op veel commotie in de media en een officiële boycot, afgekondigd in 1986, van de stad Amsterdam. Op 5 december 1988 was hij zelfs het slachtoffer van een aanslag door een paranoïde persoon, die nog minder dan de stad de literatuur en de werkelijkheid uit elkaar kon houden. Daar staat tegenover dat hij in 1990 eredoctor werd van de universiteit van Luik, en in 1993 van de universiteit van Pretoria.

In de jaren negentig begon Hermans, bewust of onbewust, de cirkel van zijn schrijversloopbaan rond te trekken. In 1991 verhuisde hij van zijn geliefde Parijs naar zijn wellicht nog geliefder Brussel. In dat jaar publiceerde hij een van zijn sterkste verhalenbundels, De laatste roker, waarvan het oudste verhaal, ‘Cascaden en riolen’ al uit 1943 dateerde en dat verder ook drie Richard Similion-verhalen bevat, genoemd naar de alter ego van Hermans zelf, die daarmee een van de intrigerendste literaire experimenten in autobiografie voltooide. In 1992 kreeg hij de opdracht om het Boekenweekgeschenk van het jaar erop te schrijven: In de mist van het schimmenrijk, later in zijn volledige omvang gepubliceerd als Madelon in de mist van het schimmenrijk. Daartoe keerde hij terug tot het manuscript van zijn eerste, nooit gepubliceerde, roman van 1944 Argelooze terreur, later in zijn volledige omvang gepubliceerd als Madelon in de mist van het schimmenrijk). Niet helemaal voltooid vanwege zijn dood maar wel door hemzelf voor publicatie afgestaan tenslotte was de in 1995 verschenen roman Ruisend gruis, even polyfoon als gecondenseerd, met daarin stemmen uit zijn gehele oeuvre, surreëel en descriptief, duister en herkenbaar. Na een kort ziekbed stierf hij, op 27 april 1995.


Bronnen:





2.         Maak een (serie) foto’s waarmee je reageert op De donkere kamer van Damokles. Schrijf een toelichting (van maximaal een halve A4) waarin je uitlegt waarom deze foto’s aansluiten bij het boek en/of bij de genoemde thema’s: Illusie en werkelijkheid, oorlog, goed en fout, verzet en collaboratie, dubbelganger, held, inspirator.


Deze foto laat zien dat het verhaal van de donkere kamer van Damokles zich in de tweede wereldoorlog afspeelde. In deze periode was er oorlog, één van de thema’s van het boek.


De hoofdpersoon is Henri. Hij wordt vaker in het boek Osewoudt genoemd. Hij zou er zo kunnen uitzien. Een lelijke kleine jongen, met zijn hoge stem. Hij heeft geen baardgroei en hij is niet al te mooi.


Op deze foto zie je een jongen die verdrietig is. Dit zou Osewoudt kunnen zijn toen zijn eigen moeder zijn vader doodde.


Osewoudt erfde zijn vaders sigarettenwinkel, nadat zijn moeder zijn vader vermoord had. Hij ging hier samen met zijn nichtje Ria in wonen. Hij en Ria waren getrouwd. Het thema goed of fout past hierbij, omdat het goed is dat Osewoudt en Ria gelukkig zijn samen, maar het is niet goed om met je nicht te trouwen.


Op dit plaatje zie je twee mensen die heel erg op elkaar lijken. Dit hadden Osewoudt en  Dorbeck kunnen zijn, omdat ze heel erg op elkaar lijken. Daarom past het thema dubbelganger hierbij.


Op dit plaatje zie je iemand die een filmrolletje ontwikkelt. Dit had Osewoudt ook kunnen zijn die een filmrolletje voor Dorbeck ontwikkelde. Hierbij past het thema verzet en collaboratie bij, omdat hij zich hiermee tegen de Duitsers verzet. Dorbeck werd namelijk door de Duitsers gezocht.


Dit is een mislukte foto. Aan het einde van het boek maakte Osewoudt een foto samen met Dorbeck. Later in het boek werd duidelijk dat die foto mislukt is, dus we weten nog niet zeker of Dorbeck echt bestaat. Het thema illusie en werkelijkheid past hierbij, omdat je niet zeker weet of Dorbeck echt bestaan heeft.





 
 
 
 
 
Op het laatst in het boek wordt Osewoudt neergeschoten. Het thema held past hierbij, omdat Osewoudt zichzelf een held vond, omdat hij dacht dat hij de slechte mensen vermoordde.
 

3.         Op p. 319 staat een motto van de filosoof Ludwig Wittgenstein. Leg in eigen woorden uit waarom dit motto goed bij het boek en het thema past.

Het motto dat Ludwig geeft in dit boek vind ik best wel mooi. Hij zegt met andere woorden als ik hem niet kan vinden.  wil hij niet dat hij gevonden wordt. Hij niet naar mij zoeken en dan zal ik hem niet gaan vinden. Het motto past heel goed bij het boek past is omdat Osewoudt  Dorbeck zocht omdat hij hem vragen wilde stellen. Maar uiteindelijk is het toch niet duidelijk of hij echt heeft bestaan, omdat de foto die van hen is gemaakt, is mislukt.


4.         Verklaar de titel van het boek in eigen woorden.
 
De titel was eerst een compleet raadsel voor mij voordat ik het boek begon te lezen. Toen ik eenmaal in het boek aan het lezen was vond ik de titel van het boek nog steeds mysterieus. Ik zocht op internet wat Damokles (domacles met een c) betekent. Ik kwam bij een Griekse mythe uit. De uitdrukking “Het zwaard van Damocles hangt hem/haar boven het hoofd” is van de Griekse mythe afgeleid. Het betekent dat er continu gevaar dreigt. Ik denk dat Herman met de titel bedoelt dat er in de tweede wereld oorlog constant gevaar is. Ook Dorbeck loopt in het boek constant gevaar loopt, doordat hij die foto’s heeft gemaakt. Die foto’s moet je in een donkere kamer weer ontwikkelen. Vandaar dat er in de titel de donkere kamer wordt genoemd. In de donkere kamer is voor Dorbeck het gevaar dan ook heel groot.    
 
5.         Schrijf net zoals Claudia de Breij, zie blz. 3, een lofrede, minimaal 250 woorden, op het boek De donkere kamer van Damokles. Wat raakte jou in dit boek, waarom vond je het zo speciaal? (Je mag ook een polemiek schrijven en de roman aanvallen!)
 
Lofrede door Dennis  
 
Ik vind de donkere kamer van Damokles een speciaal boek, omdat het niet een boek is zoals alle andere boeken, die ik heb gelezen. De hoofdpersoon in dit boek is niet een held of heel stoer. De hoofdpersoon is juist een onzekere persoon. Het is wel een persoon met wie je gaat meeleven in het verhaal. Het boek is op zo’n manier geschreven dat het spannend wordt. Je wilt steeds weten wat er gaat gebeuren. Er gebeuren ook veel aparte gebeurtenissen. Dat maakt het boek ook leuk, omdat het verhaal daardoor onvoorspelbaar is en je nieuwsgierig wordt naar het einde Het boek begint een beetje vaag en was de manier van schrijven moeilijk om te volgen. Daarna wordt het boek makkelijker en veel leuker om te lezen.
In het boek zijn veel dingen onzeker en vaag en daardoor ga je veel meer over de gebeurtenissen nadenken. Het enige wat je zeker weet is dat het boek in de oorlog is. In het begin van het boek  lijkt Dorbeck ook echt te bestaan. Het verhaal is zo geschreven dat  je mening over het bestaan van Dorbeck aan het einde van het boek heel anders. Dorbeck kan echt hebben bestaan, maar het kan ook heel goed zo zijn  dat hij een verzonnen persoon is. Alle bewijsstukken zijn weg en ook iedereen die Dorbeck heeft gezien is verdwenen, behalve Osewoudt. Je moet dus zelf aan het einde van het boek kiezen of je gelooft dat Dorbeck heeft bestaan of niet. Dan gaat Osewoudt aan het einde ook nog dood. Het boek heeft dus duidelijk een open einde, en je blijft erover nadenken wat er daadwerkelijk is gebeurd. Ik vind het wel leuk dat het boek een open einde heeft, zodat je zelf hierover kan fantaseren en je zelf kan bepalen wat de waarheid is.